25 juni 2009

Kussens

(Ik draai hier Wolves in the Throne Room bij, dat leek me voor dit stukje wel een geschikte band. Dat terzijde.)

Vrouwen houden van tierelantijntjes. Kekke beeldjes, onpraktische doosjes, dat soort dingen. Dat van die doosjes begrijp ik. Traditioneel is de vrouw de verzamelaar, de man de jager. Dus een man heeft genoeg aan een stuk touw en een speer. De vrouw heeft iets nodig om haar noten en paddestoelen in te doen. Doosjes, dus. Denk dat even door, en ik voorspel dat over een paar honderd jaar vrouwen ook een fascinatie aan de dag gaan leggen voor plastic tasjes. Maar zover is het nog niet.

Tierelantijntjes, dus. In de meeste gevallen onschuldig. Ze vangen hooguit meer stof, verder staan ze gewoon in de weg, lelijk te wezen. 'Gut, leuk' of 'ja, apart', dat zijn veilige reacties voor de man. Als je echt werk van haar wilt maken, kun je het proberen met een 'goh, hoe kom je daar nu aan?' Dat kan ook als homofiel uitgelegd worden, dus kies je woorden met zorg.

Waar vrouwen ook dol op zijn, zijn kussens. Geen bankstel is compleet zonder van die leuke kussens. God, wat een ondingen. Je zou zeggen, zo'n bank is ontworpen om met je luie aars de krant op te lezen, bier op te drinken en op te zappen. Een beetje bank is daarnaast bestand tegen geplette borrelnoten. Als een bestropte bankstel-salesmanager mij zou zeggen dat dit model alleen lekker zit met een set tegen meerprijs aan te schaffen kussens, dan zou deze bank voor mij afvallen.

Zo niet vrouwen. Die willen per sé kussens op zo'n ding. Liefst veel. Zoveel, dat als je op die verrekte bank wilt gaan zitten, je eerst tenminste de helft van die kussens eraf moet flikkeren. En je had net je handen vol met bier en borrelnoten. Die zet je dus eerst -voorzichtig- neer, ergens tussen de prullaria die de salontafel sieren. Maar dan: waar leg je die kussens neer? Op de grond is een optie, maar dat komt zo lomp over. Aan de kant waar je niet wou gaan zitten is geen optie, want dan kan zij niet meer zitten. In het midden kan ook niet, want als zij er dan bij komt zitten vindt ze dat zo ongezellig. (Ja, hallo? Wie heeft hier die krengen gekocht?)

Uiteindelijk frommel je ze dus maar op de leuningen en achter je, zodat je je in die grot uit je nachtmerries waant, omringd door schattige kussens, naast je, achter je hoofd - overal dreigende, zachte voorwerpen in van die enige kleuren. Ben je eenmaal geinstalleerd, dan is bewegen geen optie, want dan vallen ze aan, ploffen ze met duivelse precisie weer achter je op de bank. Lekker, als je de afstandsbediening wil pakken. En die ligt, zoals iedereen weet, steevast verstopt op de salontafel. Aargh!

Vandaar mijn hartekreet: alle kussens terug naar Marokko!

Geen opmerkingen: