24 november 2013

Yoghurt

Een a twee keer per maand koop ik een pak yoghurt. Ik neem dan een liter volle, van het goedkoopste merk. Ik gebruik dat nog weleens door een gerecht, of gebruik het in een saus. Of ik eet hem rauw.

Ik maak die liter zelden op. Regelmatig sta ik yoghurtbrokjes door de afvoer te proppen, waaraan ik weliswaar een pervers genoegen beleef, maar wat ook aanvoelt als nodeloze verspilling. Het is natuurlijk ook gewoon verspilling.

Mijn dilemma: mijn plaatselijke super, die van hetzelfde merk is als alle andere supers in een straal van kilometers, verkoopt yoghurt in diverse varianten. Allereerst is er het goedkoopste merk. Dat bestaat alleen in literverpakking. Kost 89 cent of zo, ik heb eigenlijk geen idee. Ze hebben ook hun eigen merk. Die verkopen ze per hele of halve liter. Maar zelfs de halve liters zijn een cent of 10 duurder dan een liter van het goedkoopste merk. En ze hebben nog A-merken, die aandacht besteden aan onhandige sluitclips en andere verpakkingsvormen die consumenten tot wanhoop drijven, tegen een hogere prijs.

Wat koop je dan? Een halve liter, die 99 cent kost en die je opmaakt? Of een hele liter, die 89 cent kost, maar waarvan je de helft wegflikkert? Noem me een hollander, maar dan koop ik die liter. En toch voelt dat verkeerd. Ik voel mij schuldig, omdat ik een ooit prima product sta weg te flikkeren. Ik had ook gewoon minder van dat product kunnen kopen, maar dan was ik meer geld kwijt geweest.

De notie dat ik meer moet betalen voor minder van hetzelfde, het wil er bij mij niet in.

Geen opmerkingen: